Spoelen na stilstand
​
Wanneer u uw sanitaire installatie na lange tijd terug in gebruik wil nemen, moet u ze grondig spoelen. Er zijn 3 stappen:
​
1. Koudwaterleidingen spoelen
​
-
Draai de kranen volledig open
-
De inhoud van de te spoelen leidingsectie moet 10 keer ververst worden OF u moet de tappunten spoelen totdat een stabiele watertemperatuur (<25°C) bereikt is - zie ook verder bij 'spoeltijd'
-
Zorg voor voldoende ventilatie, bijvoorbeeld door het openen van buitenramen
-
Spoel de tappunten/leidingsecties niet tezelfdertijd - zie ook verder bij 'spoelvolgorde'
-
Vermijd aerosolvorming:
-
Voorkom opspatten van het water
-
Verwijder douchekoppen of wikkel ze in plasticfolie. PE-beschermfolie (rol) kan u aanvragen via Aquadomo
-
​​
Spoelvolgorde
​
-
Start bij de leidingsectie die het dichtst bij de watermeter ligt en ga vervolgens systematisch tot aan de verst gelegen tappunten.
-
Spoel per leidingsectie, dus niet overal op hetzelfde moment. In het voorbeeld hieronder ( X = kraan in een gebouw met 3 bouwlagen) spoelt u eerst sectie 4 en daarna pas sectie 5 en 6. Ten slotte achtereenvolgens sectie 8 en 9.
-
Per leidingsectie draait u eerst de verst gelegen tappunten open. Na de spoeltijd draait u ze in omgekeerde volgorde terug dicht
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
​
Spoeltijd: 2 methodes
​
-
U moet de inhoud van elke leidingsectie minstens 10 keer verversen, op voorwaarde dat de tappunten na de spoeling regelmatig gaan gebruikt worden bij de heringebruikname. De spoeltijd is afhankelijk van de leidinglengte. Ervan uitgaand dat de stroomsnelheid 1 meter per seconde is, moet u dus per meter leiding 10 seconden spoelen.
-
U spoelt de tappunten per leidingsectie net zolang tot er een stabiele watertemperatuur bereikt is. De temperatuur moet hierbij wel steeds <25°C zijn
​
​
2. Warmwaterproductie en -circulatie opnieuw opstarten (opstoken)
​
Deze heropstart is enkel nodig indien de warmwaterproductie en -circulatie gedurende de sluiting uit dienst werden gesteld.
Bij normaal gebruik moet de warmwaterproductie op minstens 60°C gebeuren. Conform de BBT mag de temperatuur in de circulatieleidingen ook nergens lager zijn dan 55°C (zie wetgeving BBT).
Werkwijze
​
-
Breng de warmwaterproductie op minstens 65°C. De volledige inhoud van het warmwaterproductietoestel moet deze temperatuur halen
-
Aangezien ook de temperatuur in de circulatieleidingen 65°C moet zijn, is het mogelijk dat de warmwaterprodcutie een hogere temperatuur dan 65°C moet halen
-
Houd deze situatie minstens 1 uur aan vóór u overgaat tot het spoelen van de warmwater uittapleidingen
​
​
3. Warmwater uittapleidingen spoelen
​
-
Zorg voor voldoende ventilatie, bijvoorbeeld door het openen van buitenramen
-
Spoel de tappunten/leidingsecties niet tezelfdertijd
-
Wees waakzaam en vermijd risico op brandwonden door het uitvoerend personeel
-
Vermijd aerosolvorming:
-
Voorkom opspatten van het water
-
Verwijder douchekoppen of wikkel ze in plasticfolie. PE-beschermfolie (rol) kan u aanvragen via Aquadomo
-
​
Werkwijze
​
-
Er is geen specifieke volgorde vereist voor het opendraaien van de tappunten
-
Er wordt best gespoeld per circulatiekring, zodat de warmwaterproductie het debiet kan blijven leveren
-
Bij aanvang worden de kranen volledig geopend, maar eens de temperatuur van 65°C bereikt is, dient het debiet terug verminderd te worden tot een waterstraal met doorsnede van een potlood. De contacttijd van het warme water met de leidingmaterialen is hier van belang
-
De spoeltijd is minstens 3 minuten aan 65°C aan elk tappunt
​​
4. Installatie gespoeld, en nu?
​
Na het spoelen, is het belangrijk om het water te onderzoeken op aanwezigheid van legionella.
Indien blijkt dat er geen besmettingen aanwezig zijn, kan u de sanitaire binneninstallatie terug openstellen voor gebruikers. De warmwaterproductietemperatuur kan ook terug verlaagd worden naar de gebruikelijke temperatuur (conform de BBT minstens 60°C).
​
Indien besmettingen aanwezig zijn boven de drempelwaarde (bij hoog risico inrichting: 1.000 kve/L en bij matig risico inrichting: 10.000 kve/L) kan de sanitaire binneninstallatie evenwel terug in gebruik genomen worden, maar enkel op voorwaarde dat gebruikers (publiek en personeel) niet blootgesteld kunnen worden aan de besmette aerosol vormende tappunten (douches, handsproeiers, (kuis)haspels ...). Dit kan door deze lokalen af te sluiten of door de tappunten buiten gebruik te stellen.
​
Als alternatieve maatregel kan u ook legionellafilters installeren op de aerosolvormende tappunten, zodat deze in gebruik kunnen blijven.
​
Achteraf is het wel aangeraden om afhankelijk van waar de besmetting aanwezig is (koud of warm water) de spoelprocedure zoals hierboven beschreven opnieuw uit te voeren. Legionellafilters moeten uiteraard steeds verwijderd worden tijdens de spoelingen. Hierna dienen dan opnieuw wateranalyses uitgevoerd worden om te controleren of de besmettingen weg zijn. Indien blijkt dat dit nog niet volledig zo is (zelfs al liggen deze dan onder de drempelwaarde), dan is het aangeraden om over te gaan tot een chemische shockdesinfectie.
​
5. Schematische voorstelling
​
​
6. Referenties
-
Bureau voor normalisatie
NBN EN 806-4 Eisen voor drinkwaterinstallaties in gebouwen. Deel 4: installatie. Brussel, NBN, 2010 -
VITO en WTCB
Best Beschikbare Technieken (BBT) voor Leginoella-beheersing in Nieuwe Sanitaire Systemen. Studie uitgevoerd door het Vlaams Kenniscentrum voor Best Beschikbare Technieken (VITO) en het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) in opdracht van het Agentschap Zorg & Gezondheid. Brussel, VITO en WTCB, december 2017 -
Vlaamse overheid
Besluit van de Vlaamse Regering van 9 februari 2007 betreffende de preventie van de veteranenziekte op publiek toegankelijke plaatsen. Brussel, Belgisch Staatsblad, 4 mei 2007. -
Vos L. en De Cuyper K.
Spoelen van drinkwaterinstallaties voor hun ingebruikname. Brussel, Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, WTCB-Dossiers, nr. 4, Katern 16, 2011 -
Vos L.
Moeten drinkwaterinstallaties vóór hun ingebruikname gespoeld worden? Brussel, Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf, WTCB-Dossiers, nr. 2, Katern 11, 2020